Tekst kapitein Jessica Bode
Foto USAR, Mediacentrum Defensie, ANP

‘Orde in chaos scheppen’

Een verpleegkundige (medic) van een reddingsgroep legt een infuus aan bij een slachtoffer onder het puin.
Archiefbeeld van overste Marco Gäbler uit 2020, toen nog majoor.

Luitenant-kolonel Marco Gäbler coördineert momenteel de inzet van de 58 internationale Urban Search and Rescue teams (USAR) die met man en macht in Turkije zoeken naar overlevenden. “Niet als kip zonder kop gaan rennen, maar een plan redt levens.”

Leidinggeven, coördineren en logistieke processen vormgeven zijn bij uitstek taken die militairen op het lijf geschreven zijn. Het is waarschijnlijk daarom dat de Nederlandse militair gevraagd werd om een Urban Search and Rescue Coordination Center (UCC) in omgeving Hatay op te zetten en aan te sturen.

 “Als commandant coördineer ik nu ter plekke de inzet van de 58 reddingsteams, die officieel zijn geregistreerd door de Verenigde Naties. We proberen orde in de chaos te scheppen. Niet als een kop zonder kop door het gebied gaan rennen, maar planmatig te werk gaan. Zo denken we dat we de meeste levens kunnen redden.”

Het is het Nederlandse Urban Search and Rescue Team (USAR) dat door de Europese Commissie en de Verenigde Naties werd gevraagd om de coördinatie van de internationale hulpverlening op zich te nemen. Zo geschiedde en overste Gäbler werd commandant.

Het Nederlandse USAR-team in de straten van Hatay

Sectorindeling

Maandagavond landden Gäbler en z’n USAR-collega’s in het Turkse Adana. “Binnen zestien uur zijn we gealarmeerd en met het hele team uit Nederland vertrokken.” Eenmaal in het gebied werd het UCC razendsnel opgericht. “Met een brandweercommandant, Turkse militair politieagent en drie locals heb ik het gebied in kaart gebracht en een sectorindeling gemaakt. Zo ontstond vrij snel een prioriteitenlijst en al de teams kregen wijken toegewezen.”

Belangrijk daarbij vond Gäbler dat de teams een markering zouden achterlaten als ze een bepaald gebied of gebouw hadden doorzocht. “Zo doen we geen onnodig dubbel werk.”

Koortsachtig overleg; de chaos in de Turkse steden is na de aardbeving groot omdat niet alleen complete huizenblokken zijn ingestort maar wegen ook onbegaanbaar zijn. Alleen je weg vinden in de puinhopen is al moeilijk.

‘Met triage kunnen we meer slachtoffers redden’

Zeven militairen

Naast overste Gäbler zijn er nog zes militairen die onder de vlag van het Nederlandse USAR-team hun steentje bijdragen. Twee werken momenteel op het USAR-hoofdkwartier in Nederland voor ondersteunende taken en de vier anderen zijn momenteel in Turkije beschäftigt met plannings- en logistieke functies. Taken die ze ook bij de krijgsmacht hebben. Denk aan de leiding over het staf- en logistieke element of juist de logistieke procedures.

Het USAR-team heeft in Turkije inmiddels al meer dan tien reddingen verricht. Op de foto wordt iemand in veiligheid gebracht.

Prioriteren

Bij eerdere USAR-operaties zijn er doorgaans weinig levende slachtoffers te vinden, maar in Turkije zijn dat er juist heel veel. “Daar pas je ook je reddingsoperatie op aan. Het is zaak dat de reddingswerkers bij hun gebied en plan blijven en geen klussen doen op één locatie langer dan in de vooraf vastgestelde tijd.”

Daardoor kan het soms gebeuren dat een team een bepaalde locatie moet overslaan, omdat ze daar onvoldoende tijd voor hebben. “Of dat reddingswerkers overlevenden voorlopig moeten laten liggen, omdat andere overlevenden makkelijker bereikbaar zijn. Dat is een ethisch dilemma, want vanuit gevoel wil iedereen direct te hulp schieten. Maar met triage, het prioriteren van slachtoffers, kunnen we meer slachtoffers redden.”

Redding van twee slachtoffers. Het USAR-team maakt deel uit van een gigantische reddingsoperatie. Maar de tijd dringt bij de zoektocht naar overlevenden.

Honderdduizend hulpmedewerkers

Naast de 58 internationale USAR-teams zijn er ook zo’n honderd NGO’s en andere organisaties in de regio actief. Volgens de Turkse overheid gaat het om honderdduizend hulpmedewerkers. Gezamenlijk hebben zij al achtduizend mensen kunnen bevrijden.

‘Dit is een zware sprint, geen marathon’

Aanpoten

Ondertussen is het aanpoten. Er zijn zoveel slachtoffers dat de USAR-teams 24/7 werken. Dat verklaart waarom het Nederlandse team momenteel met vier ploegen tegelijkertijd zoekt, en niet twee om twee. Het is een race tegen de klok. Na vier dagen neemt de kans af dat er nog mensen levend onder het puin vandaan komen ieder uur af. Zeker omdat de temperaturen ’s nachts tot onder het vriespunt dalen.

Foto links: Het Nederlandse USAR-team houdt zich ook bezig met het leveren van elektriciteit, zodat mensen hun mobiele telefoons kunnen opladen en zo weer contact met hun dierbaren kunnen opnemen. Foto rechts: een kaart van het rampgebied. De vier Nederlandse reddingsteams worden ingezet in Hatay.

Minuten

“Het komt op minuten aan”, benadrukt Gäbler, terwijl hij zich verontschuldigt voor zijn wellicht warrige verhaal. “We slapen amper. Staan constant aan. We beginnen de dag met elkaar de vraag te stellen ‘welke dag is het’.” ‘Zijn’ vele honderden mannen en vrouwen van over de hele wereld maken dagen van maar liefst 21 uur en slapen hooguit drie uur per nacht. “Maar dat moet! Er is geen moment te verliezen. Dit is een zware sprint, geen marathon.”

Een reddingsteam in actie. Het slachtoffer wordt gered uit een onmogelijke positie in wat over is van een gebouw.