Hoeveel brandstof een auto verbruikt, hangt af van het soort auto waarin je rijdt én van je rijstijl. Door zuinig te rijden, verbruik je minder brandstof. Dat betekent ook: minder CO2-uitstoot, minder stikstof (NOx) en minder roet en fijnstof. Nieuwe auto's vragen om een andere rijstijl dan veel bestuurders op rijles hebben geleerd.

6 Tips om zuinig te rijden

Zuinig rijden bespaart geld

Met een zuinige rijstijl kun je tot 10 procent brandstof besparen. Een gemiddelde automobilist die 12.000 kilometer per jaar rijdt, bespaart met zuinig rijden 180 euro per jaar. Voor veelrijders (18.000 km per jaar) loopt dit op tot 270 euro per jaar. Bovendien ben je met een zuinige rijstijl minder geld kwijt aan onderhoud, want auto-onderdelen slijten minder.

Hoe rijd je zuinig?

De volgende tips gelden voor auto's op benzine, diesel of LPG en voor auto's met een turbomotor of injectiemotor. Voor oudere auto's en automaten zijn er aanvullende tips.

• Schakel zo vroeg mogelijk (bij 2.000 tot 2.500 toeren) naar een hogere versnelling, dus: 50 km/u in de 4e versnelling, 80 km/u in de 5e versnelling.
• Rij zo veel mogelijk met een gelijke snelheid: optrekken en afremmen zorgt voor meer brandstofverbruik. De cruisecontrol helpt je hierbij.
• Kijk zo ver mogelijk vooruit en anticipeer op het overige verkeer. Zie je dat je snelheid moet minderen of stoppen voor een stoplicht, laat dan op tijd het gas los, trap de koppeling niet in en laat de auto in de versnelling van dat moment uitrollen.
• Zet de motor uit bij korte stops, zoals voor de spoorwegovergang of wanneer je in een lange rij staat voor het verkeerslicht.
• Pomp je banden elke 2 maanden op. Met de juiste bandenspanning rij je veiliger en zuiniger. Alle autobanden lopen langzaam leeg, daarom moet je er regelmatig wat lucht bij doen. Alles over de juiste spanning voor jou banden en een filmpje over hoe je je banden oppompt vind je op Hou je autobanden op spanning.

Extra tips automaat en oude auto

Tips voor automaten

In een automaat hoef je niet zelf te schakelen. In plaats van de 'schakel-tips' kun je de volgende tips gebruiken:

• Rij altijd in de eco-, winter- of de normaalstand, dat zorgt voor een zo vroeg mogelijk opschakelen naar hogere versnellingen. Gebruik de sportstand zo weinig mogelijk.
• Laat het gaspedaal even iets 'opkomen' als je op snelheid bent. De automaat schakelt dan direct naar een hogere versnelling.

Tips voor oudere auto's

Bij auto's met een carburateur wordt de brandstof verneveld en met lucht vermengd voordat het mengsel in de cilinder wordt ingespoten. Voor deze auto's gelden 2 uitzonderingen op de tips van Het Nieuwe Rijden:

• Geef geleidelijk gas om harder te gaan (druk het gaspedaal dus niet in een keer helemaal in).
• Uitrollen in z'n vrij (met ingetrapte koppeling) is zuiniger dan uitrollen in de versnelling omdat de brandstoftoevoer niet wordt afgesloten als je het gas loslaat, zoals bij moderne motoren.

Handmatige choke

Heb je een (oudere) auto met een handmatige choke die je zelf moet uittrekken? Start dan zonder gas te geven en gebruik de choke zo min mogelijk. De choke kan uit zodra de motor niet meer afslaat als de motor stationair draait. Bij een warme motor kun je het gaspedaal iets indrukken tijdens het starten, maar hoeft je nooit te choken. Vijf minuten 'choken' met een koude motor vervuilt evenveel als 150 kilometer rijden met warme motor.

Deze hulpmiddelen helpen je om energiebewuster te rijden:

• De schakelindicator geeft aan wat het juiste moment van schakelen is. Zo schakel je op het juiste moment door naar de hoogst mogelijke versnelling voor jouw snelheid. Dat rijdt zuiniger.
• Een cruisecontrol ('automatische piloot') houdt de snelheid gelijk als je je voet van het gaspedaal haalt. Bij een constante snelheid is het benzineverbruik lager dan tijdens het versnellen van de auto. Dit is vooral prettig op de snelweg, als je over langere afstanden dezelfde snelheid rijdt. Zodra je remt of het koppelingspedaal aanraakt, schakelt de cruisecontrol zichzelf uit. Cruisecontrol maakt het rijden ook rustiger, comfortabeler en belast de motor minder.
• Rijd in de eco-modus als je auto deze heeft. De eco-modus zorgt ervoor dat systemen zoals de airco en de verwarming zo zuinig mogelijk werken. 
• Een start-stopsysteem zorgt ervoor dat de motor automatisch uitgaat als de auto stil staat, bijvoorbeeld bij een stoplicht. Door de koppeling weer in te trappen of de rem los te laten (dit verschilt per auto), start de motor automatisch weer en rijd je makkelijk weer weg. Doordat de motor niet onnodig in stilstaand draait, verbruik je minder brandstof.
• Een boordcomputer geeft tijdens het rijden informatie over hoeveel brandstof je op dat moment verbruikt. Je ziet meteen wat er gebeurt als je je rijstijl aanpast (bijvoorbeeld gas terugneemt of doorschakelt). Je kunt er ook allerlei ritgegevens op aflezen zoals afstand, tijdsduur, totale brandstofverbruik en aantal gereden kilometers per liter brandstof.
• Plan je rit vooraf met een routeplanner of gebruik een navigatiesysteem in de auto. Zo rijd je niet onnodig om.

Hoeveel brandstof verbruik je?

Een snelheid van 70 tot 90 km per uur is het zuinigst. Brandstof werkt bij deze snelheid het best, waardoor er ook minder CO2, stikstof en fijnstof uit de uitlaat komt. In de stad verbruik je het meest, omdat je daar veel moet remmen en optrekken.

Liever 100 dan 130 op de snelweg

Rustig rijden is beter voor het milieu: je verbruikt minder brandstof en blaast via de uitlaat dus ook minder CO2, stikstof en andere vervuilende stoffen de lucht in. Als je 100 km per uur rijdt in plaats van 130, stoot je 15 tot 25 procent minder CO2 uit. En je stoot ook nog eens 25 procent minder stikstof (NOx) uit. Het scheelt dus enorm als alle auto's op de snelweg 100 in plaats van 130 rijden.

Verder valt de tijdwinst door hard rijden nogal tegen. Als je 50 kilometer lang 130 in plaats van 100 op de snelweg rijdt, boek je in theorie 7 minuten tijdwinst. Maar in de praktijk is de tijdwinst veel kleiner, omdat je in Nederland niet de hele tijd 130 kunt rijden.

Airco slim en zuinig gebruiken

Een ingeschakelde airconditioning kan het brandstofverbruik verhogen met 5 tot wel 20 procent. Je kunt dus flink brandstof besparen als je de airco alleen gebruikt als het echt nodig is. Let daarbij op het volgende:

• Laat de airco uit tijdens korte ritten (bijvoorbeeld in de stad). De airco zorgt dan in verhouding voor veel extra brandstofverbruik.
• Is het in de zomer erg warm? Rij dan eerst een paar minuten met de ramen open, doe daarna de ramen dicht en zet dan pas de airco aan: het wordt dan sneller koel.
• Zet de airco pas enkele minuten na het starten aan: dat bespaart brandstof en het aircosysteem slijt ook minder snel.
• Zet de airco een paar minuten eerder uit dan de motor: dan kan er geen condens vormen en bacterie- en schimmelgroei ontstaan - en dat voorkomt geurtjes.
• Gebruik de airco niet op vol vermogen: zet de temperatuur niet te laag en de ventilatorstand niet te hoog.
• Gebruik de airco minstens één keer per maand: dit voorkomt lekkage van het koelmiddel.
• Zorg dat de airco niet verstopt raakt: houd de roosters vrij van blad en ander vuil.
• Zorg voor jaarlijks onderhoud door een bedrijf dat werkt met gediplomeerd personeel om de installatie in goede conditie te houden. Airco's werken op koelmiddel, waarvan jaarlijks zo'n 10 procent weglekt en dat is slecht voor het milieu. Goed onderhoud bij een bedrijf met personeel dat minimaal het diploma Terugwinnen Koudemiddelen bezit, voorkomt onnodige lekkage en kosten.

Bevroren ruiten: niet draaien maar krabben

Nog altijd zijn er mensen die bij koud weer voor vertrek hun motor stationair laten draaien in de hoop dat dit de auto snel opwarmt en ijs van de ruiten doet verdwijnen. Dit is zinloos, want de auto warmt niet op van een stationair draaiende motor. Pas als je gaat rijden warmt de motor de auto snel op.

Behalve zinloos is stationair draaien ook erg slecht voor de motor van je auto en voor het milieu. De motor laten draaien terwijl de olie nog niet opgewarmd is zorgt voor ernstige slijtage (en de olie warmt nu juist pas op zodra je gaat rijden). Bij benzineauto’s komt de katalysator niet snel genoeg op temperatuur tijdens het warmdraaien in de kou en werkt daardoor niet of nauwelijks. Dit zorgt voor veel extra luchtvervuiling: bij temperaturen onder nul is de uitstoot van schadelijke stoffen 4 tot 8 keer groter dan met een warme motor. En dat op straat, in woonwijken, waar veel mensen lopen, fietsen en ademen.

Bij aanhoudend koud weer is een beschermende ijsdeken of folie op de voorruit de eenvoudigste (en milieuvriendelijkste) manier om krabben te voorkomen.

Meer informatie

• Op de website Het Nieuwe Rijden vind je praktische tips voor een zuinige rijstijl.
• Ga je een nieuwe auto kopen en wil je rekening houden met het milieu? Kijk dan op Zuinige auto kopen.
• De milieubelasting van je autokilometers gaat nog verder omlaag als je een auto deelt. Lees meer op Auto delen.